Ziende niet zien?

Ebbinghaus-illusionNa eerder Het slimme onderbewuste van Ap Dijksterhuis te hebben gelezen, werd ik zo geïntrigeerd door het onderwerp hersenen en bewustzijn dat ik nu maar ben begonnen aan De vrije wil bestaat niet van Victor Lamme. Ik ben erin begonnen, maar heb het nog niet uit, dus wat nu volgt is geen volledige boekbespreking. Omdat ik het zo interessant vind, wil ik kort schrijven over enkele bizarre patiënten en experimenten die in het boek worden beschreven.

Het boek De vrije wil bestaat niet begint met de beschrijving van twee spraakmakende moordzaken in de Verenigde Staten waarin twee mannen werden aangeklaagd voor moord die zij tijdens hun slaap, dus onbewust, zouden hebben gepleegd. Eén van de mannen is vrijgesproken omdat het aannemelijk leek dat de moord inderdaad tijdens een slaapwandeling, en dus buiten zijn wil om, werd gepleegd.

Na deze inleiding, beschrijft Victor Lamme enkele oorlogsslachtoffers uit het begin van de 20e eeuw. Sommige van hen zijn gewond geraakt in hun hoofd, aan hun visuele hersenschors, en zijn hierdoor gedeeltelijk blind geworden. Ondanks hun blindheid, kunnen sommige soldaten toch aangeven dat een voorwerp dat voor ze wordt gehouden, beweegt. Pas in de 70er jaren wordt dit fenomeen herontdekt en wordt het blindsight genoemd. Bij blindsight gaat het om patiënten die door een defect aan hun visuele hersenschors (gedeeltelijk) niet bewust kunnen zien en dus blind zijn. Als zij echter moeten raden of een object dat zij niet kunnen zien wel of niet beweegt, blijken zij dit te ‘weten’. Verder kunnen ze ook de vorm, kleur of stand in de ruimte van een object goed raden, ondanks dat zij dit object niet zien. Onbewust lijken ze dus wel te kunnen zien, maar hier hebben ze geen bewuste kennis van. Als ze moeten raden, dan gokken ze vaker dan normaal goed. Een andere bijzondere patiënt die wordt besproken kan wel licht en vormen zien maar weet niet wat zij ziet. Als zij echter een object oppakt doet ze dit feilloos. Haar handen pakken bijvoorbeeld een potlood of glas precies bij het zwaartepunt op met haar vingers in de juiste stand. Als haar bij een ander experiment wordt gevraagd om kaarten in een verticale of horizontale brievenbus te doen, dan doet zij dit goed. Toch kan ze niet vertellen of aangeven met haar handen of de brievenbus verticaal of horizontaal staat. Zij ziet en weet dit niet bewust, maar bij een onbewuste handeling ‘weet’ ze dit wel. Weer een ander experiment dat wordt besproken is er een waarbij proefpersonen wordt gevraagd om steeds als ze een stipje op een scherm zien, dit snel aan te raken. Als dan echter met een magnetisch veld de visuele schors van de proefpersonen wordt uitgeschakeld (net iets later dan dat het stipje verschijnt), blijkt dat ze het stipje nog steeds goed aanraken maar daar niet bewust van zijn. Er lijkt een soort visuele reflex in onze hersenen te zitten die gedrag kan aansturen zonder dat we daar weet van (hoeven) te hebben.

Op zich is dit niet gek als je erover nadenkt. Heel de dag door zijn wij bezig visuele informatie onbewust te verwerken in ons gedrag. Als we een bal pakken (of nog moeilijker: vangen) zijn we niet bewust bezig om onze hand net zo groot te maken als de bal. Dat doen we automatisch zonder er bewust bij stil te staan. Of als een bal hard op ons afkomt, duiken we weg zonder dat we hier eerst over nadenken (al zijn we ons hier naderhand natuurlijk wel van bewust). Er zijn zelfs experimenten bedacht om dit onderscheid tussen bewust en onbewust zien nog duidelijker te maken. Bekijk bijvoorbeeld het bekende plaatje bovenaan deze blog (de Ebbinghaus- of Titchenerillusie). Met ons bewustzijn zien we dat de rechtercirkel in het midden groter is dan de linkercirkel in het midden, terwijl ze in werkelijkheid even groot zijn. Dat komt omdat we de middelste cirkel in de context van de andere cirkels zien en interpreteren. Door dit contextuele zien, lijkt een gebouw dat op afstand van ons staat nog steeds gewoon een groot gebouw en niet een klein schaalmodel. Als echter van de Ebbinghausillusie een 3-dimensionaal model wordt gemaakt en proefpersonen wordt gevraagd de middelste cirkel beet te pakken, blijkt dat zij met hun vingers precies goed inschatten hoe groot de cirkel is. Het onbewuste zien, dat de vingers aanstuurt, heeft blijkbaar geen last van de illusie.

In het boek worden nog vele andere intrigerende patiënten en experimenten besproken, die het onderscheid tussen het bewuste en het onbewuste nog veel duidelijker maken. Als er weinig duidelijk is aan deze blog, dan moet je het boek maar lezen. Ik ga dat in ieder geval verder doen.

2 gedachten over “Ziende niet zien?

  1. siebe lans

    Zouden deze blinden ook muziek kunnen spelen van papier? Vraag ik me af! Als je noten leest doe je dit zonder er bij na te denken en als je de noten speelt idem. Staat dit ook in dat boek?

  2. door Hannes

    Hij gebruikt in het boek het spelen van noten wel als voorbeeld van iets dat je onbewust doet. Zodra je hierbij gaat nadenken gaat het fout (te langzaam). Hij noemt er echter geen patient-voorbeelden van.

    Verder noemt hij nog vele andere bizarre patienten, bijvoorbeeld met split brains (waarvan de linkerhersenhelft niet weet wat de rechterhersenhelft doet en andersom..de patient ‘weet’ alleen te vertellen wat zijn rechterhand doet of rechteroog ziet maar niet zijn linkerhand en -oog).. een aanrader als je je wereldbeeld wilt aanscherpen.. (net als die andere ‘het slimme onderbewuste’)

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *